‘We hebben gewoon meer melk nodig’, zegt Mark Boot van Arla Foods

‹ Terug naar overzicht

‘We hebben gewoon meer melk nodig’, zegt Mark Boot van Arla Foods

Geplaatst op:

Met zijn merken en duurzaamheidsstrategie wil Arla de groei vasthouden. Smaak, betaalbaarheid en duurzaamheid zijn de succesfactoren, zegt managing director Mark Boot.

 

Tekst: Bert Kleiboer

Mark Boot: “Als je samen met de klant inspeelt op trends, en waarde weet toe te voegen aan de categorie, dan is er absoluut groei mogelijk.” (Foto’s Jaap Schuurman)

Mark Boot had negentien jaar in Azië gewoond en gewerkt toen hij in augustus vorig jaar begon als managing director van het cluster Nederland, België, Frankrijk. Er zijn grote verschillen te noemen tussen zijn oude en nieuwe werkgebied. Boot ziet ook een interessante overeenkomst. “In Azië is Arla een heel snel groeiend bedrijf, maar in Nederland ook.”

Arla kwam in 2009 naar Nederland met de overname van de productielocatie in Nijkerk en een aantal merken, waaronder Melkunie. De vorige eigenaar FrieslandCampina was op dat moment ontstaan door een fusie en moest activiteiten verkopen om toestemming te krijgen van de mededingingsautoriteit. Volgens recente cijfers van Arla, is het marktaandeel van Arla Foods in het Nederlandse supermarktkanaal in 2021 gegroeid naar 10,9 procent; in 2020 was het nog 9,9 procent. 

Dit artikel is verschenen in ZuivelZicht 3 2022.
Nog geen abonnee? Klik HIER en profiteer
het eerste jaar van maar liefst 25% korting.

Volgens Boot komt het succes voort uit de kracht van de merken en het vermogen om klanten te voorzien in specifieke behoeftes. “Als je samen met de klant inspeelt op trends, en waarde weet toe te voegen aan de categorie, dan is er absoluut groei mogelijk. We leveren bijvoorbeeld lactosevrije melk, we zorgen voor een goed en stevig ontbijt met skyr of voor extra eiwit na het sporten met Melkunie Protein. Dat zijn mooie voorbeelden van toegevoegde waarde voor de consument.”

Mark Boot ziet veel potentie in biologisch

Volgens de cijfers van de zuivelonderneming was het omzetvolume van haar strategische merken met 8,4 procent gegroeid. Daarbij gaat het om onder meer moedermerk Arla, met behalve gangbare zuivel ook lactosevrij en biologisch. Daarnaast zijn groeimerken: skyr, Protein, Breaker, Starbucks en Lurpak. Ongeveer 10 procent van de verwerkte melk is biologisch. “Er zit nog veel potentie in biologisch”, zegt Boot. “Het is een van de pilaren onder onze groei.”

Duurzaamheid

Gevraagd naar de belangrijkste eigenschappen van de merken noemt Boot er drie. “In voeding begint het met smaak. En er wordt natuurlijk gekeken naar de betaalbaarheid. Dat zijn de basisvoorwaarden. Daarnaast moet het duurzaam zijn. Ook daarmee scoort Arla gewoon heel goed.” 

Groeiende omzet, licht gedaalde aanvoer

De omzet van Arla Group steeg vorig jaar 6 procent tot € 11,2 miljard. In elk van de segmenten binnen het concern was er groei (zie tabel). De nettowinstmarge was 3 procent, tegen 3,2 procent een jaar eerder. De leden zagen in 2021 hun prestatieprijs stijgen naar gemiddeld 39,7 cent per kilo, dat is bijna 9 procent meer dan de 36,5 cent in 2020. Die hoge waardering is vooral het gevolg van een sterke stijging in de tweede helft van het jaar, aldus ceo Peder Tuborgh. “De prestatieprijs lag in januari 2021 op 33 cent, in januari 2022 was dat 42 cent. Dat is een verschil van 25 procent.” De coöperatie keert haar leden-melkveehouders een dividend uit van 1,62 eurocent per geleverde kilogram melk. Dat komt overeen met twee derde van de winst.
In Nederland noteerde Arla een volumegroei van 8,4 procent in strategische merken; met name Arla biologisch, Arla Lactofree, Arla skyr, Melkunie Breaker en Melkunie Protein, Lurpak, Starbucks en Apetina. Ook Arla Foods België en Frankrijk realiseerden een omzetgroei, voornamelijk gedreven door het merk Arla in België en Arla Pro in Frankrijk. De omzet in het marktcluster Nederland, België en Frankrijk bedroeg € 360 miljoen in 2021, tegenover € 336 miljoen in 2020. 

“We laten zien dat we als bedrijf echt vooruit willen gaan op verduurzaming”, vindt Boot. “In onze fabrieken, in het transport, in de verpakkingen, op de bedrijven van onze melkveehouders; op alle vlakken proberen we het gewoon nog beter te doen.”

Hij wijst op de vorig najaar gepresenteerde nieuwe wereldwijde strategie, Future26. Daarin verbindt de Arla Group zich aan de internationale klimaatdoelstellingen van het Parijs-akkoord. Het concern stelt doelen voor het beperken van de uitstoot van broeikasgassen in de komende vijf jaar. In de zuivelverwerking gaat het om 63 procent reductie, voor de bedrijven van de melkveehouders om 30 procent. Voor de langere termijn (2050) wil Arla werken aan netto klimaatneutrale zuivel.

Nieuwe leden gezocht

Boot verwacht dat Arla in Nederland blijft groeien. Daarom is de coöperatie op zoek naar nieuwe leden om de benodigde melk te leveren. “We hebben gewoon melk nodig.”

De locatie in Nijkerk, waar de dagverse zuivel van de merken Arla en Melkunie wordt gemaakt, draait op de melk van ongeveer tachtig melkveehouders die lid zijn van de coöperatie. Dat aantal groeit, als het aan Boot ligt.

Met zijn merken heeft Arla een marktaandeel van 10 procent opgebouwd in het Nederlandse supermarktkanaal.

Voor de aanvoer van biologische melk werkt Arla samen met leverancierscoöperatie Eko-Holland. Welk aandeel van eigen biologische veehouders komt, wil Boot niet zeggen. “We hebben een goede samenwerking en een gemeenschappelijk doel, namelijk om biologische melk tegen een goede prijs tot waarde te brengen op de consumentenmarkt.”

Melkveehouderij in Nederland

De wens om meer melk aan te voeren, staat op gespannen voet met de productieontwikkeling in Nederland. Mede door de stikstofcrisis wordt voorlopig geen groei verwacht. Politici spreken eerder over inkrimpen van de veestapel. Arla blijft geloven in een duurzame toekomst voor de melkveehouderij. “Ik geloof in de kracht van onze boeren en de kennis die we in de sector hebben. We lopen wereldwijd voorop met de laagste CO2-uitstoot per liter melk. Dat moet je omarmen, niet wegsaneren”, stelt Boot. “Ik vind het best dat de samenleving zegt dat we het nóg beter moeten doen. Dat is de uitdaging die we met de hele zuivelindustrie hebben. Maar als je de ambitie toont om te verduurzamen en je weet de doelstellingen te bereiken, dan ben je een onderdeel van de oplossing. Zo zitten wij erin.” 

Topman Arla Group: 2022 wordt ‘een gek jaar’

Het aanbod van melk kan de mondiale vraag naar zuivel niet bijhouden. Alleen hogere consumentenprijzen kunnen de oververhitte markt afkoelen, voorspelt topman Peder Tuborgh van Arla Group. “2022 wordt een gek jaar”, zei hij tijdens een persbijeenkomst in februari.

Het afgelopen jaar liet volgens Tuborgh “een ongekende volatiliteit” zien. Hij noemt als oorzaken het onvoorspelbare verloop van de Covid-crisis en de inflatie. Wat de situatie uitzonderlijk maakt, in zijn ogen, is dat het aanbod de vraag niet kan volgen. “Normaal gesproken reageren melkveehouders op een stijgend prijsniveau met een uitbreiding van de productie. Maar dat zien we nu niet gebeuren.“

“Er is een disbalans tussen aanbod en vraag, op een niveau dat ik nog niet eerder heb meegemaakt in de zeventien jaar dat ik ceo ben van Arla. Wij zien het in alle regio’s: Europa, Azië en Amerika. Overal is de ontwikkeling van het aanbod vlak of licht negatief. Dit is niet specifiek een probleem voor Arla; de hele sector heeft ermee te maken.” 

De verklaring ligt in het hoge kostenniveau en – specifiek voor Europa – in de ontwikkeling van een meer grondgebonden melkveehouderij. De trend is minder soja, meer gmo-vrije grondstoffen en meer voer van eigen bedrijf. Voor deze ontwikkeling is landbouwgrond nodig en die is schaars.”

Tuborgh: “Als de aanvoer van melk de vraag niet kan volgen, is er maar één manier om het marktevenwicht te herstellen. Dat betekent dat de vraag moet afkoelen en dat kan alleen met de prijs.”

Een scherpe prijsstijging komt vaker voor, het effect komt dit keer harder aan bij afnemers omdat deze door de grote inflatie op meerdere fronten te maken hebben met hoge prijzen. Dat gaat gepaard met “heel moeilijke discussies” met de klanten, zegt de topman. “Dit is niet alleen de verwachting van mij of Arla Foods. Dit verwacht de hele sector.”

Op de vraag of dit leidt tot lege koelmeubels in de supermarkt zegt hij: “Zover zijn we nog niet. Maar de sector als geheel komt wel in de buurt. 2022 wordt een heel raar jaar.” Tuborgh verwacht dat de situatie weer genormaliseerd zal zijn na 2022. 

Voor het nu lopende jaar verwacht Arla Group opnieuw groei van de omzet. De prognose is tussen € 11,8 en € 12,4 miljard. De nettowinstmarge zal tussen 2,8 en 3,2 procent uitkomen. Arla is van plan om in 2022 € 600 miljoen te investeren. Dat is onder meer bestemd voor het uitbreiden van de productiecapaciteit van Starbucks bij Esbjerg Dairy in Denemarken, de poederproductie in Pronsfeld in Duitsland en de mozzarella-uitbreiding bij Branderup dairy in Denemarken. Ook is er uitbreiding gepland bij Arla Food Ingrediënts en zijn er plannen voor investeringen in verdere digitalisering.